Julleke
Ai, weer zo’n wanhoopsbriefje vastgeniet aan een boom, even verder aan een hek en weer verder aan de ingang van het park. Hondje Julleke is blijkbaar verloren gelopen en zwerft hoogstwaarschijnlijk op dit eigenste ogenblik dakloos langs de straten. Een vage herinnering uit lang vervlogen tijden doemde op. Parijs. ik had net een warm bad genomen en stond poedelnaakt voor het raam van mijn hotelkamer, de drukke straat onder mij aanschouwend, zes verdiepingen lager. Plots werd mijn blik gefocust op een soortement opgerold tapijt. Ik keek en keek en bemerkte tot mijn grote ontsteltenis dat er iemand roerloos in de goot lag. Niemand stopte en gunde die soortgenoot ook maar één blik waardig. Toen ik vijf minuten later mijn hulp wou aanbieden, zag ik een ambulance met enkele ramptoeristen eromheen. Een brancard schoof bliksemsnel de ziekenwagen in. Iemand had dan toch een greintje barmhartigheid getoond en verwittigde de hulpdiensten. Te laat. Een dakloze was weer ‘s overleden. Niemand zal ooit weten hoelang hij daar lag voor hij meedogenloos crepeerde.
Soepslurpende daklozen én Julleke hangen als sluiers in mijn hoofd. En plots.. prijs! Het was lang geleden, maar weer is het gebeurd. Van een kerel, net in het pak en een zwaar plattelandsdialect in de bek, zijn we warempel een taverne uitgevlogen. De straat op. Eraus. “Man, hou jij d’r wel eens rekening mee dat er mensen bestaan die allergisch zijn aan honden?”, sneerde hij me in het gezicht. Dat er naar alle waarschijnlijkheid ook mensen bestaan die allergisch zijn aan mensen zoals hij, kwam niet in hem op. Jammer, zo’n unieke kans. Taverne Ten Zeikerd, een rustig estaminet, mooi uitzicht, en geen kat te zien. Lijkt me nogal logisch, met zo’n Viking achter de tap. Beste Wap, voor jou geen drinkbak, voor mij tripel noch krant. Voorlopig welteverstaan. Maak je maar geen zorgen, koekie-boy, er zijn ergere dingen in de wereld. Daklozen en Julleke bijvoorbeeld, om maar iets te noemen. En troost je, humane en diervriendelijke cafés genoeg. Verwelkomingen als: “Och, wat een schat! Moet hij geen kommetje water hebben? Mag jij meegaan met je baasje? Zo nen brave! Als je ooit op reis gaat, en je vindt geen dogsit, mag je hem gerust naar hier brengen”, zijn in dit soort hemelen op aarde niet uit de lucht gegrepen. Ik heb al een schoendoos vol met adreskaartjes, een doos die stelselmatig wordt aangevuld. Nergens hoef ik in Vlaanderen met mijn troetel Wap op de keien te zitten. Een BV met een gehoorzame BH.. men ziet ze blijkbaar met graagte arriveren. Taverne Ten Zeikerd ligt dwars, maar daarom niet getreurd.
Als de bezorgdheid al zo intens en de radeloosheid al zo groot is voor een hond, wat moet een mens wiens kind vermist is dan wel niet doormaken?
Maar wat ons nu warempel een beetje treurig maakt, is dit briefje hier. Geschreven in een vlaag van paniek, zorgvuldig afgeprint en met vochtige ogen opgehangen op plaatsen van hoop en dierenliefde. Aan het hek van de hondenschool hangt er ook één. Verloren: jack russell. Reutje. En dan in schoonschrift, met een rode viltstift, zijn naampje: Julleke. Daaronder prijkt een foto van de sukkelaar, weemoedig uit z’n oogjes kijkend, alsof hij toen al wist ‘ooit loop ik verloren’. Wat staat er nog voor nuttige informatie, Wap? Gaan we op de valreep onze dag een zinvolle wending kunnen geven? Voor de deur van de dierenarts uit de auto gesprongen en als een weerlicht de vlucht genomen. Over ‘t algemeen wit, maar aan de snoet ros en zwart. Hij draagt een rode halsband met vergulde hondjes erop. Daar hangt nog een oprolleiband aan. Zo doolt hij rond in deze buurt. Staartje ongeveer 12 cm lang. Zeer lief maar bang hondje. Verdrietig bazinnetje A, dag en nacht te bereiken op het nummer ..../.. .. .. En dan weer met diezelfde viltstift, nog schoner dan schoonschrift, zodat er geen misvattingen over zouden kunnen bestaan: met beloning! Zo aandoenlijk. Wat een tristesse die hierin verscholen zit, mensen toch. Die angst en die wanhoop, klevend aan deze smeekbede. Onvoorwaardelijke dierenliefde die er werkelijk afdruipt. Als de bezorgdheid al zo intens en de radeloosheid al zo groot is voor een hond, wat moet een mens wiens kind vermist is dan wel niet doormaken? Ik smeek de diergoden dat wij Julleke mogen vinden om hem vervolgens plechtig te kunnen overhandigen aan zijn bazinnetje. Zullen we in de nachtwinkel alvast champagne kopen, voor het geval hij straks of ten allerlaatste morgenvroeg kwispelend en om hulp smekend aan onze voeten staat? Ach, was dat maar waar. Eindelijk nog eens een dosis pure en intense blijdschap mogen meemaken, ik zou er geld voor geven.
Maanden later. Tijdens ons Wapperen zie ik in de buurt een dakloze man over de stoep banjeren. Zijn voeten, blauw van de kou, steken in versleten badslippers. In beide handen draagt hij een zware plastieken tas. Ik vraag of ik kan helpen, of hij misschien dringend iets nodig heeft. Nee, blijkbaar niet, want hij vraagt met een ingestudeerd toontje of ik chocolade wil. Wil hij dan geen schoenen en warme kousen, dan haal ik ze even en bezorg ze hem, waar hij maar wil. Quasi verbaasd kijkt hij naar zijn voeten en zegt dat hij toch schoenen hééft. Oké, beste man, het ga je verder goed, sorry voor het storen. Julleke is weer in mijn hoofd beginnen spelen. Zou hij terecht zijn, die schat? Of is hij nog steeds verdwaald? Of dood? Of opgepakt: gevangen met een net en in een asiel gedropt? Ik wil het weten. Nu! In het park hangt nog ergens een flard van het briefje, dat weet ik zeker. Kom Wap, er naartoe. Dank Franciscus van Assisi: het gsm-nummer is nog net te ontwaren, ondanks zon en regen. Met verkleumde vingers pruts ik mijn mobieltje tevoorschijn en druk met mijn kloppend hart voor dieren de neergeschreven cijfers in. Spannend. “Hallo? Goeiedag mevrouw, sorry dat ik stoor, maar ik wou even informeren of Julleke al gevonden is. Ik maak me namelijk al maanden zorgen over hem. Ik zag het briefje en...” “Oh, bedankt, maar hij is terecht. Na een dag of tien dagen kon ik hem gaan ophalen, 15 kilometer hier vandaan. Verdwaald in de hoogste graad. Ergens gefixeerd achteraan gelopen of zo. Je moet weten, een Jack Russel... en patati en patata.” Oef! Kom Wap, champagne! Een gelukkige dakloze én Julleke terecht, dat moet gevierd worden. En dat briefje? Weg ermee. Gelukkig maar.
Pol Goossen is een Vlaamse acteur. Zijn bekendste rol is die van Frank in de één-serie 'Thuis'.